Ben je op zoek naar een vakantie dichtbij huis, maar je zoekt een rustige en wat minder toeristische locatie? Kies dan voor de Azoren! De Azoren is een eilandengroep die hoort bij Portugal en bevindt zich op zo’n 1500 kilometer links van Portugal in de grote Oceaan. De Azoren worden ook wel het “Hawaii van Europa” genoemd door het vele groen en de zwarte stranden. Het grootste en bekendste eiland is São Miguel. In deze blog zetten wij voor jou de leukste tips en bezienswaardigheden van São Miguel op een rijtje!
Praktische weetjes
Valuta: Euro
Vervoer: 4 uur vliegen, circa 2800km
Taal: Portugees
Tijdsverschil met Nederland: 2 uur vroeger
Gemiddelde temperatuur: Zachte winters (12-17°C) & milde zomers (19-25°C)
Algemene prijzen: Eten en leven is iets goedkoper dan in Nederland (€€)
Reizen naar de Azoren
Om São Miguel te bereiken, gaat er 1 keer per week op zondag een directe vlucht vanaf Amsterdam. Als je iets minder budget en iets meer geduld hebt, kun je het best met een tussenstop via Lissabon reizen. Neem dan ook vooral de tijd om deze prachtige stad te ontdekken. Lees meer over onze stedentrip naar Lissabon in deze blog.
Het reizen naar São Miguel heeft in de zomermaanden (juni-september) de voorkeur omdat er dan minder regen valt. Het is hier vaak wisselvallig en de actuele weersverwachting klopt dan ook niet altijd. De zon kan aan de ene kant van het eiland volop schijnen, terwijl het aan de andere kant met bakken uit de hemel valt! Hier hebben wij een goede tip voor, over alle eilanden binnen de Azoren zijn webcams te bekijken via deze link. Zo weet je altijd of dat ene uitzicht waar je naartoe wil rijden wel zichtbaar is.
Vervoer op het eiland
Er zijn twee manieren om jezelf op het eiland gemakkelijk te verplaatsen op São Miguel: met het openbaar vervoer of met een huurauto. Wij adviseren de tweede optie. Niet alleen omdat het openbaar vervoer niet alle afgelegen plekken bereikt, maar ook omdat rondrijden op het eiland zelf al een avontuur op zich is. Overal op het eiland vind je prachtige ‘Miradouros’ (uitkijkpunten) waar je kunt stoppen en genieten van adembenemende vergezichten.
Er zijn verschillende bedrijven beschikbaar om een auto te huren, maar wij kozen voor Sunny Cars. Deze Nederlandse organisatie fungeert als tussenpersoon en regelt alles, inclusief verzekeringen. Het enige wat jij hoeft te doen, is je auto ophalen bij de luchthaven. Wij betaalden voor 8 dagen €269,- en kregen een Renault Clio.
Voor diegenen die toch liever het openbaar vervoer willen gebruiken, is er een busdienst die het eiland doorkruist. De bus heeft drie verschillende lijnen die allemaal vertrekken vanuit de hoofdstad Ponta Delgada en naar verschillende delen van het eiland reizen. Houd er rekening mee dat de bussen niet erg frequent rijden, dus geduld is vereist als je voor deze reismethode kiest. Een kaartje kost slechts €2-€4, dus als je op zoek bent naar een budgetvriendelijke vakantie, is dit een voordelige optie in vergelijking met het huren van een auto.
Tijdens onze reis kozen we ervoor om op één locatie te verblijven, namelijk in het charmante stadje Lagoa. Dit stadje ligt vlakbij de hoofdstad en bevindt zich in het hart van het eiland, waardoor het een uitstekend startpunt was om alle hoogtepunten te verkennen. Onze accommodatiekeuze was Quinta de Santa Barbara Casas Turisticos. Dit is een kleinschalig bungalowparkje met goede voorzieningen.
Bezienswaardigheden en tips
1. Sete Cidades
Als je op São Miguel bent, mag je een bezoek aan het dorpje Sete Cidades niet missen. Het dorp zelf is misschien niet de grootste bezienswaardigheid, maar de kratermeren ernaast: Lagoa Azul en Lagoa Verde. We laten je zien waar je de beste uitzichten kunt vinden.
Vista Do Rei
Het uitzichtpunt waar je als eerst langsrijdt, is Vista Do Rei. Je kunt je auto hier naast de weg parkeren en hebt gelijk een adembenemend uitzicht. Je kunt er ook voor kiezen om vanaf dit punt een wandeling te maken naar het dorp. Deze wandeling is 7,7 kilometer lang.
Monte Palace
Aan de andere kant van de weg, vind je overigens nog een leuke locatie, Hotel Monte Palace. Monte Palace was ooit een prachtig luxe hotel, maar heeft nu een ‘spooky’ sfeertje. Het inmiddels verlaten hotel is in de jaren 80 gebouwd, om toeristen te trekken naar het eiland. Gelegen op de hoogte van 550 meter, was het hotel vaak omhuld door de wolken en had het te kampen met onvoorspelbaarder weer dan de rest van het eiland. Het bereiken van deze afgelegen plek zonder een gehuurde auto was destijds een uitdaging, wat het voor vakantiegangers minder aantrekkelijk maakte. Het is dan ook niet raar dat het hotel slechts ongeveer een jaar heeft standgehouden voordat het failliet werd verklaard. In plaats van het gebouw te slopen, heeft de eigenaar toen bewaking ingehuurd. Toen de bewaking uiteindelijk vertrok, zorgden vandalisme, zeewind en inbraken ervoor dat het hotel er nu zo bijstaat.
Miradouro Boca do Inferno
Een stukje verder van Vista do Rei, kun je Boca do Inferno/Grota de Inferno vinden. De wandeling hiernaartoe is ongeveer 1,2 kilometer. Tussendoor loop je langs het rustgevende meer Lagoa de Canario. Op het eindpunt aangekomen, heb je een adembenemend panorama-uitzicht. Het uitzichtpunt is wel heel druk en daarom is het slim om vroeg op de dag te gaan. Ook is het vaak bewolkt.
2. Salto do Prego
In het Oosten van het eiland bevindt zich de waterval Salto do Prego. Deze kun je bezoeken door middel van een hike van ongeveer 4.5 kilometer. Deze hike start in het plaatsje Faial de Terra.
De wandeling heeft veel oneffenheden in het pad en een hoogteverschil van ongeveer 200 meter. Het is dus belangrijk om je voor te bereiden met goed schoeisel. Op de helft van de hike kom je aan bij de waterval. Op de terugweg kun je een kleine de-tour maken naar het verlaten dorpje Sanghuino. Voor de wandeling kun je ongeveer 2 uur uittrekken.
3. Lagoa de Fogo
Lagoa de Fogo is een blauw-groen kratermeer op een hoogte van 575 meter. De makkelijkste manier om het meer goed te zien, is de autoweg pakken EN5-2A. Langs deze weg zijn er verschillende uitzichtpunten.
Een andere tip is om een trail te wandelen naar het meer zelf. Wij hebben de trail gedaan, die startte vanaf Praia. Deze trail is zo’n 11 kilometer en het duurt ongeveer 4 uur om deze te wandelen. De eerste 2 à 3 kilometer zijn het pittigst, op dit deel maak je vooral een grote klim (300m hoogteverschil). Maar weerhoudt jezelf er niet van; na dit stuk wordt het een stuk makkelijker. De tocht is erg variërend, zo start je over landbouw-weggetjes en weilanden, kom je vervolgens in een bos van Japanse Cedar en vervolg je je weg langs de irrigatiekanalen. Hierna kom je via de vallei van Ribeira da Praia bij het meer terecht. Er lopen ook wandelpaden rondom het hele meer heen.
4. Caldeira Velha
Voor degene die van ontspanning houden, is Caldeira Velha de goede locatie. Dit park, midden in de natuur, heeft een grote krater gevormd door vulkanische activiteit. Vanuit hier zijn er kleinere meren ontstaan. Deze zijn door de natuur verwarmd. Er zijn een aantal baden die ieder en andere temperatuur hebben, maar ze zitten allemaal tussen de 25 en 38 graden. Entree ticket kost €10 per persoon. Daarmee krijg je entree naar het museum en de thermale baden. Het is slim om vroeg op de dag te komen of van tevoren tickets te boeken op de website. Anders is het mogelijk dat je in een rij moet wachten tot je naar binnen kan. Het park werkt met tijdslotten van 1,5 uur en een maximum hoeveelheid bezoekers van 100 personen per tijdslot. Er zijn niet veel kleedhokjes beschikbaar. Daarom is het slim om je badkleding alvast onder je kleding aan te trekken. In het park kun je een locker huren voor €2,-, maar je kunt je spullen ook bij de bankjes naast de baden leggen. Dan kun je het prima in de gaten houden.
5. Furnas
Furnas is een klein plaatsje in het zuidoosten van het eiland. De stad ligt op een actieve vulkaan (maak je geen zorgen, het is veilig), waardoor het hier wemelt van de geisers en warmwaterbronnen. Wanneer je door het stadje rijdt, zie je langs de hoofdweg al een aantal geisers. Je kunt je auto makkelijk even parkeren en een klein rondje doen door de tuinen en het park. Maar dit is niet de enige bezienswaardigheid, waarom Furnas op het lijstje staat.
Terra Nostra Garden
Een klein stukje verder in de stad, zit het park Terra Nostra Garden. Dit is een botanische tuin vol exotische bloemen en planten. De tuin is aangelegd in een oude krater en er zijn hier verschillende stroompjes en bronnen te vinden. In het park bevindt zich 1 grote thermaal bad en wat kleinere, waar je een duik in mag nemen. Laat je niet afschrikken door de oranjebruine kleur van het water en de zwavelgeur die ervanaf komt. Het water heeft een temperatuur van 35-40°C. Let wel op dat je badkleding aandoet, die al wat ouder is. Het water kan namelijk afgeven.
Het park is geopend van 10.30 uur tot 16.30 uur en kost €10,- per persoon (kaartjes bij de ingang te koop). Voor bezoekers van het hotel, dat bij het park hoort, is het park gratis en onbeperkt bereikbaar. Het park is het mooist als de bloemen ook in bloei staan. Omdat wij redelijk vroeg in het jaar hier zijn geweest,was dat bij ons nog niet het geval.
6. Theeplantages
De enige twee thee-plantages in Europa, die voor industriële doeleinden bestaan, bevinden zich op het eiland Sao Miguel. Thee-plantages zijn meestal gevestigd in Azië, maar São Miguel is hier een uitzondering van. De temperatuur, die het hele jaar door rond de 18-20°C blijft, in combinatie met het geregeld bewolkte weer, zorgt voor een ideaal klimaat om thee te produceren. De vulkanische bodem helpt hier ook een handje in. Een van deze thee-plantages, en tevens de oudste thee-plantage van Europa, is Cha Gorreana. Sinds 1833 is de fabriek geopend. Op dit moment wordt er nog steeds thee verbouwd, maar voornamelijk voor toeristen en thee-liefhebbers binnen de eilandengroep. Je kunt hier van april tot oktober dagelijks een kijkje nemen. Je kunt gratis binnenlopen, de verschillende stappen van het proces bekijken en ten slotte een glaasje proeven. Ook lopen er verschillende trails door de 40 hectare grote plantage. Deze starten vanaf de parkeerplaats (te herkennen aan de bordjes).
Iets verderop in dezelfde straat bevindt zich een kleinere plantage, Cha Porto Formoso. Ook hier kun je kosteloos een kijkje nemen binnen het proces en op de plantage, onder het genot van een vers kopje thee. Deze plantage is een stuk minder bekend en wordt vaak overgeslagen. Als je de tijd hebt, is het zeker leuk om hier ook langs te gaan, maar het geeft niet vele nieuwe inzichten als je al bij Cha Gorreana bent geweest.
7. Ananasplantage
Naast het verbouwen van thee, zijn ze hier ook goed in het verbouwen van ananassen. Dit is de enige locatie in Europa die ananassen verbouwt. Tevens is Sao Miguel de enige locatie op de wereld die deze manier van verbouwing gebruikt. Ze gebruiken hier namelijk kassen om de ananassen te laten groeien. Het proces duurt in totaal 2,5 jaar en iedere plant geeft slechts 1 vrucht. Dit maakt ook dat de Azoreaanse ananassen niet goedkoop zijn, namelijk ongeveer 6 euro. In de meeste supermarkten op het eiland kun je de ananas kopen om zelf uit te proberen.
In een notendop het proces: de ananas worden verbouwd in wit ondergekalkte glazen kassen. Deze methode wordt de ‘hot-bed methode’ genoemd, omdat het vochtige en warme klimaat, waarin de planten normaal worden gegroeid, wordt nagebootst. 4-6 maanden nadat de zaden zijn geplant, wordt er rook in de kassen gespoten. Dit moet ervoor zorgen dat de planten snel en gelijkmatig bloeien. Aan het eind van de dag wordt de kas met alle rook gevuld, en de volgende dag gaan alles raampjes open, om die rook weer weg te halen. Dit wordt een paar weken herhaald. Ongeveer 14 maanden later zijn de ananassen klaar om geoogst te worden. Op zo’n 10 minuten rijden van de hoofdstad Ponta Delgada, kun je een kijkje nemen bij Arruda de Acores. Bij deze plantage kan je gratis een blik werpen in een aantal vrijgegeven kassen om te zien hoe dit er precies uitziet en een zelf gebrouwen ananaslikeurtje uitproberen.
Ilhéu Vila Franca de campo
8. Vila Franca do Campo
Vila Franca do Campo is een klein stadje in het zuiden van het eiland. Vroeger was dit de hoofdstad van Sao Miguel. In 1522 werd de stad door een grote aardbeving geraakt waardoor het merendeel van de stad verwoest werd. 500 jaar later is de vulkanische activiteit zo sterk afgenomen dat deze ramp niet zomaar in herhaling treedt, maar zo levendig als toen zal het nu nooit meer worden. Het stadje staat inmiddels vooral bekend om het kleine eilandje dat hiervoor ligt.
Ilhéu de Vila Franca do Campo
Dit eiland ligt ongeveer een kilometer voor het stadje Vila Franca do Campo. Het eiland was vroeger een vulkaan en is nu een natuurreservaat. De gezonken vulkaan heeft in het midden een 150 meter brede krater, waar je ‘s zomers in kan zwemmen. De baai is een mooie plek om te snorkelen omdat er ontzettend veel vissen en octopussen leven. Ook boven water trekt het eiland veel bezoekers (naast alle toeristen), op de rotsen kun je verschillende vogelsoorten ontdekken.
Het eiland is flink in trek bij toeristen, maar het is belangrijk om te weten dat er dagelijks slechts 400 mensen op het eiland worden toegelaten. Het is dan ook slim om vroeg erheen te gaan of de kaartjes (in de haven) vroeg te halen. Als je eenmaal de kaartjes hebt, maakt het niet uit welke boot je pakt. De eerste boot vaart om 10 uur. Vanaf dan kun je elk uur de boot naar het eiland nemen. De laatste boot die terug naar het vasteland vaart, gaat om 18.00 uur.
Nossa Senhora da Paz
Nossa Senhora da Paz is een kleine kapel op 215m hoogte, vlak naast de stad Vila Franca do Campo. Deze kapel kun je bereiken door middel van een smalle en steile weg met een aantal haarspeldbochten. De kapel is volledig versierd met keramieken kunst. Wanneer je de trap op loopt, wordt een verhaal uitgebeeld door middel van de keramieken displays in het midden. Maar wat eigenlijk hetgeen is wat deze plek zo mooi maakt, is natuurlijk het prachtige uitzicht over het stadje Vila Franco de Campo en het eiland dat ervoor ligt. De locatie is nog niet heel druk, in tegenstelling tot bijvoorbeeld sete cidades en lagoa de fogo. Wat ons betreft is dit wel een locatie die je op je to-do lijstje mag zetten als je het niet erg vindt om hiernaartoe te rijden.
9. Walvissen spotten
Een bucketlist activiteit die absoluut niet mag ontbreken aan je reis naar de Azoren, is een walvissentocht. In Sao Miguel is de kans om walvissen te zien vrij groot, maar op de eilanden Pico en Faial zijn de kansen nog stukken groter. In Sao Miguel zijn er verschillende organisaties waar een excursie te boeken is. Bij de een door middel van een catamaran, en de ander een glasvezelboot of Zodiac speedboot. De meeste tochten vertrekken vanuit de hoofdstad, maar er zijn ook tours mogelijk vanuit Rabo de Peixe, Ribeira Grande of Vila Franca do Campo. Voor deze laatste hebben wij gekozen. Dit werd georganiseerd door Terra Azul.
Terra Azul
Alle touroperators gaan allemaal op een andere manier met de walvissen en hun leefgebied om. Terra Azul was voor ons een organisatie die goed met de dieren rekening hield, waardoor dit onze keus was. Daardoor kwamen wij met de Zodiac boot niet te dichtbij de dieren en werd er nauwkeurig gekeken of de dieren zich niet geïntimideerd voelen. De tocht duurde 3 uur en kostte in totaal €62,- per persoon (€72 in het hoogseizoen). Laat je niet afschrikken door het bedrag, het is het namelijk echt wel waard. Wij hebben in totaal 6 walvissen (waarvan 1 vinvis en 5 potvissen) gezien en een groep van ongeveer 50 dolfijnen, maar dit is niet altijd het geval. Als de walvissen niet zichtbaar zijn tijdens je tocht, zorgt de organisatie er wel voor dat je andere mooie dieren te zien krijgt en de tocht niet voor niks is.
Overigens vonden wij de tocht alleen al een geweldig spektakel, vanuit de boot heb je een prachtig uitzicht op het eiland. Als je last hebt van zeeziekte, is het te adviseren om de walvissen op een andere manier te bekijken, in de Zodiac moet je rekening houden met een Bumpy Ride!
10. Janela do Inferno
Vlakbij Água de Pau, iets ter zuiden van Lagoa de Fogo, ligt Janela do Inferno. Deze hike is 7,6 km lang. Je loopt hier naar Janela do inferno toe, een verticale muur waarin een door watererosie gevormde holte zit. Dit is op zich niet per se de moeite waard om naar toe te wandelen, maar de volledige wandeling is wel leuk als je nog tijd over hebt of wat meer natuur wilt zien. Je loopt een groot stuk over weilanden en het laatste stukje in de bossen, via aquaducten en een tunnel. Het eerste stuk van de route loop je veel omhoog en kan het op sommige plekken steil zijn.
Persoonlijke aanbevelingen
-Huur een auto, zodat je over het hele eiland kan rijden. Dit is vaak nog leuker dan de bekendere highlights! Ons favoriete uitzichtpunt: Farolim dos Fenais da Ajuda. Om op dit plekje te komen, zet je je auto bij de barbecues, vanaf daar moet je een kwartiertje lopen. Het punt is zo rustgevend en mooi!
– Ga in de zomer naar het eiland! Wij zijn in mei geweest en hadden een prachtige week, maar we hadden hier veel geluk mee. Het zeewater is alleen nog erg koud en sommige bezienswaardigheden zijn hierdoor ook minder mooi. (Bv het eiland van Vila Franca do Campo is dan ook nog niet bereikbaar)
-Neem je wandelschoenen mee. Naast de hikes die we al hebben uitgelicht, is er nog genoeg te zien. Alle trails kun je vinden via deze link.